Philips ah 280 owners manual
This is the 3 pages manual for philips ah 280 owners manual.
Read or download the pdf for free. If you want to contribute, please upload pdfs to audioservicemanuals.wetransfer.com.
Extracted text from philips ah 280 owners manual (Ocr-read)
Page 2
Nedenands
Bedieningselementen, etc. (fig. 1)
cf netschakelaar met indicator
uitgang stereohootdteletoon
o Iagetonenregelaar
2) kantelpuntselector laag
:1 schakelaar voor toonregeling
~ kantelpuntselector hoog
hogetonenregelaar
(l?) hogetonentilter
subsonisch toontilter
r schakelaar voor recorder 1
u") dubbingschakelaar 2 > 1
* source/dubbingschakelaar
u}; source/monitorschakelaar
H, dubbingschakelaar 1 > 2
1') schakelaar voor recorder 2
in geluidsbronselector
m monoschakelaar
w) loudness-schakelaar
j\ mutingschakelaar
d geluidssterkteregelaer
@ balansregelaar
ln-, uitgangan, etc. (fig. 2)
. klemschroef atscherming platenspeler
auxiliary (hulp-) ingangen
tuneringangen
ingangen platenspeler 1
ingangen platenspeler 2
" ingang rechterkanaal stereomicrotoon
ingang linkerkanaal stereomicrotoon
ingangen voor recorder 1 . weergave
uitgangen voor recorder 1. opname
ingangen voor recorder 2, weergave
@
®
®
@
® uitgangen voor recorder 2, opname
@
®
®
®
DIN-verbinding voor recorder 2 r
uitgangen voor eindversterker, geschakeld
door hootdteletoon
uitgangen voor eindversterker
uitgangen voor eindversterker. ' + 10 dB'
Netspannlngscontrole
Kiik, alvorens het apparaat met het net te verbin-
den, op het typeplaatie aan de achterzijde van het
apparaat of de aangegeven bedrijfsspanning
overeenkomt met die van het plaatselijke net.
Is dit niet het geval. raadpleeg dan uw handelaar,
Aansluitingen
Srereohoofdtelefoon
Een stereohootdteletoon (impedantie 8-600
Ohm) voorzien van een klinksteker kan worden
aangesloten op bus @ (zle ook alinea 'Eindver-
sterker'),
Platenspelers
Platenspelers voorzien van een magnetodyna-
misch opneemelement kunnen worden aange-
sloten op de ingangen @ en (23, gemerkt 'PHO-
NO1' en PHONO 2"
Verbind daarbij het linkerkanaal van de platen-
speler met de ingang LEFT'. het rechterkanaal
met de ingang 'RIGHT. De afscherming van de
platenspeler wordt vastgezet onder schroel @
Tuner
Een tuner kan worden aangesloten op de ingan-
gen @, gemerkt TUNER'. Verbind daarbij het
Iinkerkanaal van de tuner met de ingang LEFT'
en het rechterkanaal met de ingang 'RIGHT.
Auxiliary of hu/pingang
Een extra tuner. platenspeler met een keramisoh
of kristel opneemelement. recorder (alleen voor
weergave!) of een elektronisch orgel kan worden
aangesloten op de ingangen @. gemerkt 'AUX'.
Verbind daarbii het linkerkanaal van de geluids-
bron met de ingang 'LEFT en net reohterkanaal
met de ingang 'RIGHT'.
Microfoon
Een stereomicrotoon kan worden aangesloten op
de ingangen @ en @, gemerkt MIC'.
Verbind daarbii het linkerkanaal van de micro-
toon met ingang ® en het rechterkanaal met @,
Ook kunnen twee monomicrofoons worden ge-
bruikt, welke worden aangesloten op de ingan-
gen @ en @. Bi] gebruik van een enkele mono-
microtoon, aangesloten op bus @ of ® moet
monotoets @worden ingedrukt
Recorders
Een recorder 1 kan worden aangesloten op de in-
en uitgangen @ en @, gemerkt 'TAPE 1'4
Verbind daarbij de linker- en rechterliinuitgang
van de recorder met de ingangen @ IN. gemerkt
LEFT' en 'RIGHT.
Betreft het een recorder met drie koppen (aparte
wis-, opneem- en weergeefkop) dan worden de
Iinker- en rechtermonitoruitgang van de recorder
met de ingangen ® verbondenr
De Iinker~ en rechterlljnlngang van de recorder
worden verbonden met de uitgangen ® 'OUT,
gemerkt 'LEFT' en 'RIGHT'.
Een recorder 2 wordt op overeenkomstige wijze
aengasloten op de TAPE 2 in- en uitgangen @ en
@.
Een recorder. voorzien van een 5-pulige DIN
aansluitbus. ken worden verbonden met aan-
sluitbus @. In dat geval mogen TAPE 2 bussen
(53 en @ niet worden gebruikt
EindversIe/ker
Een eindversterker kan worden aangesloten op
de uitgangen @, gemerkt SWITCHED. @ ol @,
gemerkt + 10 (18.
De uitgangen @ en 65 zijn in principe ge-
Iijkwaardig (zie: Technische gegevens) met dit
verschil dat de uitgangen en daarmee de
eindversterker afgeschakeld worden wanneer
een hoofdtelefoon wordt aangesloten op bus @.
Weergave vindt dan uitsluitend pleats via de
hoofdtelefoon. Worden de Uitgangen @ benut
dan wordt bij gebruik van een hootdtelefoon de
versterker niet atgeschakeld en .vindt weergave
plaats zowel via de hoofdtelefoon als via de
luidsprekers.
De uitgangen @, gemerkt '+ 10 dB' geven een
wat hogere uitgangsspanning at (zie: Technische
gegevens),
Welke van de uitgangen gebruikt zal warden
hang! geheel at van de gebruikswensen,
Verbind ecnter altijd net Iinkerkanaal van de
eindversterker met de uitgang 'LEFT en het
rechterkanaal met de uitgang RIGHTX
MFB-Iuidsprekerboxen
Naast een eindversterker of in pleats daarvan,
kunnen MFB-Iuidsprekerboxen worden aange-
sloten op de uitgangen @, ® of @,
Voor plaatsing van deze boxen en verdere bij-
zonderheden wordt verwezen naar de gebruiks-
aanwijzing van de desbetreffende boxen,
Bediening
I Schakel de voorversterker in met toets (D. De
aan/uit indicator gaat daarbij branden.
0 Kies de gewenste geluidsbron door selector
in destand 'AUX, 'TUNER. 'PHON01', 'PHONO
2' of 'MIC' te zetten. Source/monitorschakelaar
@ en source/dubbing ® moeten daarbij tevens
ingedrukt staan, Voor weergave van een recorder
dient schakelear respectievelijk @te Worden
ingedrukt. Schakelaar @ wordt daarbij automa-
tisch ontgrendeld.
O Wordt weergegeven van een monogeluide
bron, dan moet monoschakelaar @worden in-
gedruktr Voor stereoweergave mag deze scha-
kelaar niet ingedrukt staan.
O Regel de geluidssterkte met @. Door het in-
drukken van mutingschakelaar ® kan het ge-r
Iuidsniveau worden teruggebracht met 20 dB,
biiv. tiidens een telefoongesprek, zonder de stand
van geluidssterkteregelaar ® te ontregelen.
O Hegel de balans met @r Balans is de verhou-
ding in weergavesterkte tussen Iinker- en rech-
terkanaal.
0 Hegel Iage- en hogetonen met knop © an (D,
0 Door indrukken van de toetsen G) en ® wor-
den de kantelfrequenties naar 250 Hz, respectie-
velijk 5 kHz, verlegd. Dit is in feite een extra vorm
van toonregeling. Voor bijzonderheden zie cure
ves. gedrukt op de bovenzijde van het apparaat.
0 Door het indrukken van toonregelingsscha-
kelaar @. DEFEAT, warden alle toonregelings-
tuncties uitgeschakeld en vindt weergave plaats
volgens een vlakke frequentiekarakteristiekr
0 Door indrukken van toets LOUDNESS'.
worden Iagere en hogere trequenties extra ver-
sterkt. Dit compenseert de ongevoeligheid van
het menselijk oor voor deze frequentie bi] Iaag
geluidsniveaur
0 Door indrukken van toets wordt een hogeA
tonenrilter ingeschakeld waarmee bijgeluiden
zoals band- en plaatruis, scratch. enz. kunnen
worden geelimineerd. Schakel dit tilter alleen in
indien nodig en scnakel het na gebruik weer uit.
0 Door indrukken van schakelaar ® wordt een
subsonisch filter ingeschakeld dat zeer Iage tre-
quenties verzwakt (9 dB bij 10 Hz). Hoewel dexe
trequenties onhoorbaar ziin kunnen ze weerga-
vevervorming en schade aan de luidsprekers
veroorzaken. Omdat deze trequenties geen en-
kele inlormatie bevatten kan het filter ingescha-
keld bliiven staan zonder dat de weergave van
andere Iagetonen nadelig wordt bel'nvloed.
Gebruik met recorders
Opnemen
Met recorders, TAPE 1 en TAPE 2, kunnen als
volgt opnamen gemaakt worden van elk gewen-
ste geluidsbron:
O Kies met selector de gewenste geluidsbron.
O Druk source/monitorscnakelaar @ en sour-
ce/dubbing schakelaar @in.
O Bedien de recorder(s) voor 'Opnemen'.
0 De stand van as diverse regelaars op de voor-
versterker ziin niet van invloed op de opname.
Meeluisteren tiidens opnemen
Wordt voor het opnemen een driekopsrecorder
gebruikt, dan kan tijdens de opname deze worden